Acteur en theatermaker Hans Van Cauwenberghe bezocht in het gat van zijn jeugd – Gottem bij Deinze – met zijn vader weleens de lokale keuterboer. Vijf jaar geleden las hij het boek van Chris De Stoop over de ongelijke strijd die veel boeren leveren. 

‘Er kwamen steeds meer verhalen naar boven over landbouwers die zich van het leven beroofden. Dat trof mij zo dat mijn gedachten afgleden naar die boer uit mijn kindertijd en ik samen met collega Gert Jochems naar auteur Erik Vlaminck ben gestapt met de vraag of hij er een theatertekst over wou schrijven. Dat is nu al de negende theatergroep die mij hetzelfde komt vragen, was zijn reactie. (lacht) Toch ging hij ermee aan de slag. Je moet weten dat Erik zijn schrijfhuis vlak naast een boerenerf ligt. Kwam men het slachtvee ophalen, dan was de boer ‘toevallig’ altijd afwezig. Hij zag zijn beesten te graag.’ 

Verbonden voelen 

Om zich in te leven in de stiel verbleef Vlaminck elk seizoen een week op De Binkelhoeve, een veeteeltbedrijf in Tongeren. ‘We zijn de ode aan de boer die we op het einde van Boeren brengen nog gaan zingen op de begrafenis van de boer in kwestie. Het minste wat we konden doen. We spelen de voorstelling nu bijna vijf jaar, telkens op een andere boerderij, en we zijn altijd gastvrij ontvangen. Boeren zijn creatieve duizendpoten, maar in feite werken ze voor de banken. Eerst moesten ze groter worden, dan weer kleiner, maar de leningen bleven lopen en ze worden gecontroleerd als gek. Als acteur op het podium voel ik me verbonden met de boer op het veld. Wij zijn de onderstroom, de mensen die het voedsel maken, voor de maag en de ziel. Maar boven ons werken mechanismen waar we geen vat op hebben, en soms helt de slinger over.’ 

Locatievoorstelling 

‘De meest gehoorde reactie bij de boeren was: Eindelijk iemand die ons begrijpt en beseft hoe lastig het is voor ons! Ik speel ook de monoloog Brodeck, naar de roman van Philip Claudel. Daarin wordt het hoofdpersonage gevraagd om een verslag over een vreemdeling die in het dorp is komen wonen zodanig op te schrijven dat iedereen het begrijpt. Prachtig toch hoe we in ons beroep in de harten en de zielen mogen kijken om het resultaat dan publiek te tonen.’ De Nieuwe Bazaaar kiest radicaal voor locatievoorstellingen. In dit geval gaat het decor op in de boerderij zelf, al dan niet met een wei vol grazende koeien. ‘We zijn ’s middags ter plaatse om ons decor de juiste plek te geven en een babbeltje te slaan met de broer.’ 

Nobel beroep 

Een extra troef van locatietheater is het gemengde publiek. ‘Theaterliefhebbers blenden hier op natuurlijke wijze met de boeren, hun familie en dorpsmensen die je anders nooit in een schouwburg ziet. De boeren zijn trots dat stedelingen een keer een boerderij zien. Liefst zouden ze nog meer volk uit de stad ontvangen om misverstanden de wereld uit te helpen, bijvoorbeeld dat ze vijanden van de natuur zijn. Meer dan ooit besef ik dat de boerenstiel een nobel beroep is. 

Die mannen staan om zes uur op en stoppen niet tot ’s avonds laat. Hun vrouwen hebben voor hun dagjob vaak al 120 koeien gemolken, en ’s avonds doen ze dat nog eens. Petje af. Toch zijn ze een speelbal in handen van een grotere machine. Daarom zouden we veel meer gebruik moeten maken van de korte keten.’ In het stuk speelt Van Cauwenberghe een orthodontist die naast de boerderij van zijn broer (rol van Kris Cuppens) een villa neerzette. 

Hun onderlinge relatie typeert een stiel waarin voortwerken belangrijker is dan oprecht communiceren. ‘Als mijn broer mij vraagt waarom ik niet eerder gezegd heb dat mijn vrouw vertrokken is, zeg ik: Jij hebt me daar nooit iets over gevraagd … en ik wil er niet over spreken.’ Ook de relatie tussen de boer en de buitenwereld komt aan bod. ‘Buren ergeren zich aan het geluid van maaidorsers, maar halen voor het minste de bladblazer boven. Ze zouden een fantastisch uitzicht kunnen hebben op de velden, maar zetten liever taxushagen rond hun eigendom.’ 

Ook al is er een opvolger in de maak, Van Cauwenberghe vindt de voorstelling nog lang niet uitgespeeld. ‘Ze blijft brandend actueel en plezant om te spelen.’ De projecten van De Nieuwe Bazaaar lijken almaar geëngageerder. Na ons interview trekt Van Cauwenberghe naar Lourdes met Onze Rijkdom, het koor dat hij opstartte om mensen in generatiearmoede een stem te geven. ‘Als de mensen niet naar het theater kunnen, moet theater naar de mensen komen. 

Met ons zangtrio The Bully Boys kunnen we overal spelen. Boeren brengen we in een stal, Den blok, of de man die niemand miste, over een vereenzaamde man die dood werd aangetroffen in zijn flat en de theaterwandeling Doe niet zo sapiens in parken en bosjes. Die nabijheid is een grote meerwaarde.’ 

Boeren 
De Nieuwe Bazaaar 
ZO ● 14 SEP ● 16.00 
Overijse, ‘t Leemveldhof, 02 687 59 59
meer info vind je hier.