Hier is het veel drukker, met enorme verkeersassen als de Ring rond Brussel (R0), de autosnelwegen A12, E19, E40, E411, de treinassen vanuit de hoofdstad naar de provincies, de luchthaven van Zaventem, en zoveel meer. Maar dat betekent allerminst dat werken in de buitenruimte problematisch zou zijn. Laat het er ons op houden dat de uitdagingen misschien nog wat groter zijn dan voor de andere Regionale Landschappen die dichtbij de grootstad liggen.
Blauwgroene netwerk
‘En toch is iedereen, zelfs de gemiddelde streekbewoner die hier geboren en getogen is, verbaasd als we hen meenemen voorbij de lintbebouwing, in een veelal nog verrassend landelijk en intact landschap’, zegt coördinator Patrick Endels. ‘Met de vele beekvalleien, open kouters en kasteeldomeinen zie je een mooie combinatie van erfgoed, natuur, cultuur en geschiedenis’, merkt hij op. ‘Het is dan ook geen toeval dat onze werking zich concentreert rond onder meer de valleien van de Maalbeek, Tangebeek en Woluwe. Het blauwgroene netwerk versterken, is een belangrijk doel voor ons, en dat zowel in de valleien als op de plateaus. Samen met partners als de provincie Vlaams-Brabant, gemeenten, landbouwers, natuurverenigingen, allerlei Vlaamse administraties (zoals VLM, ANB,…) en particulieren realiseren we natuurverbindingen en bufferen we de grote natuurkernen zodat die minder negatieve gevolgen ondervinden vanuit de wijde omgeving. Soortgerichte acties voor de kamsalamander, vleermuizen en de eikelmuis zijn de basis voor verschillende van onze projecten op het terrein.’
Geïntegreerd werken
‘Aangezien de druk op het landschap enorm is – iedereen wil hier wel wat doen – proberen we zo efficiënt mogelijk functies te combineren. Initiatieven zoals de Motte in Wemmel, de Kloosterpoort in Grimbergen of het Woluwedal/Het Zeen in Zaventem zijn mooie voorbeelden van onze geïntegreerde manier van werken.’ ‘Het spreekt voor zich dat in zo’n drukke regio de versnippering van het landschap erg groot is. En toch is landbouw hier nog een belangrijke sector. Het is dan ook logisch dat we mikken op de combinatie van natuurdoelstellingen en duurzame landbouw.’ ‘Kleine landschapselementen (afgekort: KLE’s) aanplanten en inrichten gebeurt veel met lokale boeren en natuurverenigingen. Maar die moeten wel onderhouden worden. Via het Loket Onderhoud Buitengebied (LOB) schakelen we daarvoor landbouwers in, wat meteen het draagvlak vergroot om meer van deze voor natuur belangrijke KLE’s in te richten’, legt Endels de nadruk uit op deze verbindende natuurelementen in de open ruimte. ‘Met de voortrekkers uit de sector richten we het landbouwlandschap duurzaam in, zoals nu al gebeurt in Den Diepen Boomgaard in Grimbergen of de Forest Farm in Asse. Hopelijk werken ze inspirerend voor jonge boeren.’
Toegankelijke natuur
‘En het gaat nog breder. Ik ben trots op de erfgoedwerking van ons Regionaal Landschap, dat sinds 2023 beschikt over experts die gemeenten en inwoners adviseren over hoe ze hun onroerend erfgoed optimaal kunnen beheren.’ In een sterk verstedelijkt gebied is toegankelijke natuur een belangrijk aandachtspunt. Met projecten in Langevelde-Terlinden (Merchtem), Gulderij (Zemst), Keelveld (Vilvoorde) en Zaventem (Den Dael) sporen bosuitbreiding met spelen, wandelen en verpozen voor de omwonenden mooi samen. De Bosgroep Vlaams-Brabant is hier een belangrijke partner, samen met de betrokken gemeenten. Zoals andere Regionale Landschappen heeft ook het RLBK een link met de Blue Deal. Het hermeanderen van beken, openleggen, ontharden en opstuwen passen in het klimaatrobuust maken van allerlei waterlopen. Tegelijk ontstaat een sponslandschap dat water langer vasthoudt tijdens droge perioden en het ook nog eens buffert bij aanhoudende regen. We hebben voor dit jaar nog projecten in Machelen, Zaventem, Grimbergen, Wezembeek-Oppem en Zaventem. De Blue Deal-coördinator leidt alles in goede banen.
20 jaar RLBK
‘Als coördinator van het RLBK ben ik sinds 1 april 2008 het algemeen aanspreekpunt en de eindverantwoordelijke voor het programma en de financiën. De brugfunctie tussen de medewerkers, het bestuur en de betrokken partners is essentieel. In een klein team als het onze, met een vijftiental voltijdse personeelsleden, moet iedereen zich flexibel opstellen en kan het takenpakket nogal eens wisselen. Bovendien is er nog de samenwerking met de zeventien andere coördinatoren van de Regionale Landschappen in Vlaanderen, waarbij we gemeenschappelijke projecten onder handen nemen. Het landschap stopt immers niet bij de grenzen van de Brabantse Kouters of de Vlaamse Rand.’ Uitsmijter: deze maand viert het RLBK zijn 20e verjaardag.