Als kind zat Cloet graag in de toneelgroep. Ze droomde zelfs van Studio Herman Teirlinck. ‘Ik hou van taal en woordkunst. Goed communiceren maakt je sterk’, zegt ze. Toch koos ze voor pedagogie. ‘Het was een brede richting. En je leert er met groepen werken. Dat heeft mij altijd aangetrokken.’ Het begin van haar loopbaan lag in de jeugdzorg. Kort in het onderwijs – ‘te veel binnen de lijntjes kleuren voor mij’ – en daarna bij gezinnen en kinderen in moeilijke omstandigheden. ‘Daar heb ik het meeste geleerd. Hoe vroeg ongelijkheid begint, hoeveel sommige kinderen al heel vroeg moeten dragen.'

Minor-Ndako 

Die ervaring mondde uit in een eigen initiatief: Minor-Ndako, een opvangcentrum in Brussel en de Rand voor niet-begeleide minderjarige vluchtelingen, waarvan ze op haar 24e medeoprichter en directeur werd. ‘Ik heb honderden jongeren gezien. Kindsoldaten, slachtoffers van mensenhandel, jongeren die helemaal alleen naar hier kwamen. Dat vormt je. Je leert nederigheid, maar ook hoe belangrijk het is dat er iemand naast hen staat.’ 

Sommige ontmoetingen lieten diepe sporen na. Eén meisje raakte haar zo dat Cloet en haar partner haar opnamen in hun gezin als pleegdochter, na de geboorte van hun jongste. De kinderen groeiden samen op. ‘Ik keek in haar ogen en ik kon haar niet alleen laten staan. Het was niet altijd gemakkelijk, maar vandaag is ze verpleegkundige in een woonzorgcentrum. Ik ben ongelooflijk trots op haar. Het had helemaal anders kunnen lopen. Ze is het levende bewijs dat een kans soms het verschil maakt voor een heel leven.’

Doener in de zorg 

Vandaag leidt ze Zorgnet-Icuro, de koepel van zorgorganisaties. Tijdens de coronacrisis werd ze een bekende stem. ‘Plots zat ik mee in de loopgraven. Elke dag leek het oorlog om de zorg overeind te houden. Het was niet mijn bedoeling om een bekende kop te worden, het ging er mij vooral om al die mensen in de zorg die het ongelooflijk zwaar hadden en in de moeilijkste omstandigheden bléven gaan, een stem te geven.’ De reacties – positief en negatief – waren massaal. ‘Dat heeft mijn leven veranderd.’ Toch is ze geen machtsvrouw, maar een verbinder. ‘Ik zoek geen macht, maar gezag. Gezagsdrager zegt het voor mij helemaal: samen dragen, samen dingen doen, geeft me voldoening.

Meisje van de Rand 

Cloet werd geboren in Etterbeek, groeide op in Grimbergen en woont nu in Strombeek-Bever. ‘Ik zie hier de kloof tussen wie het goed heeft en wie niet. Daarom vind ik buurtinitiatieven zo belangrijk. Of het nu gaat om een barbecue in Den Diepen Boomgaard – een sociaal en duurzame bioboerderij, hoevewinkel en maatwerkplaats – of StromBeach, ik help graag mee. Het voelt niet als werken, maar als leven.’

Ik zie de Rand als een spiegel van de toekomst. De diversiteit, de hoge woonprijzen, de kwetsbare gezinnen,… Wat we hier ervaren, zal zich als een vlek verder verspreiden over Vlaanderen.

‘Ik zie de Rand als een spiegel van de toekomst. De diversiteit, de hoge woonprijzen, de kwetsbare gezinnen,… Wat we hier ervaren, zal zich als een vlek verder verspreiden over Vlaanderen. Dat maakt het soms moeilijk, maar het biedt ook kansen. Als we er goed mee omgaan, is het een rijkdom.’

Bezorgd om de zorg 

Naast enthousiasme klinkt er ook bezorgdheid. Cloet kijkt vooruit, naar de vergrijzing die Vlaanderen te wachten staat. ‘We gaan het niet kunnen bolwerken als we alles bij het oude laten. Er zijn niet genoeg handen om alle zorg aan huis te brengen en tegelijkertijd verdwijnen de buurtwinkeltjes, busverbindingen,… We moeten met z’n allen goed nadenken over hoe we onze maatschappij in de toekomst willen organiseren. 

Verschillende autootje’s met thuisverpleegkundigen die ’s morgens en ’s avonds langskomen; dat is niet meer haalbaar. Zorg is geen eiland maar hangt samen met mobiliteit, huisvesting, ruimtelijke ordening. Ik schrik er soms van hoe weinig de politiek daarmee bezig is. Als we nu niet nadenken over nieuwe samenlevingsmodellen dreigt de zorg te verworden tot iets voor wie het kan betalen. Dat moeten we absoluut vermijden.’

Ze pleit voor meer collectiviteit. ‘Je hebt geen verpleegkundige nodig om ’s avonds steunkousen uit te trekken. Wij zijn te veel in hokjes gaan leven. Terwijl zorg iets is dat iedereen raakt, of je nu kinderen opvangt, een buur helpt of een oudere ondersteunt. We zullen met zijn allen meer voor elkaar moeten zorgen. Dat kan de samenleving ook verzachten, want die is wel heel hard geworden.’

Ook de beeldvorming baart haar zorgen. ‘Woonzorgcentra worden vaak afgeschilderd als de terminus, maar dat klopt niet. Meer dan 90% van de ouderen woont nog thuis. Wie in een WZC verblijft, is vaak zwaar hulpbehoevend. Ik zie dagelijks hoe directies en alle medewerkers het beste van zichzelf geven. Dat mag ook wel eens gezegd worden.’

Geen gebakken lucht 

Cloet solliciteerde in 2017 bij Zorgnet-Icuro. Ze ‘rolde’ naar eigen zeggen in het beleid vanuit Minor-Ndako, eerst als adviseur bij Jos Chabert voor de Vlaamse Gemeenschapscommissie, dan als raadgever-woordvoerder bij Steven Vanackere toen die Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid, daarna adjunct-kabinetschef bij zijn opvolgers Veerle Heeren en Jo Vandeurzen. 

Hulpverlener of beleidsmaker? Welke rol past het best bij haar? Een incident in Minor-Ndako maakte voor haar duidelijk dat ze het meeste verschil kon maken door voor het beleid te kiezen. ‘Een Afghaanse jongen kwam mijn bureau binnen, overgoot zich met benzine en stak zichzelf in brand. Dat heeft me heel diep geraakt. Ik zag zijn trauma, ik begreep zijn boosheid. Dat heeft me de drive gegeven, de sterke motivatie om vanuit het beleid verandering te kunnen realiseren.’ 

Hoe ziet ze haar eigen toekomst? ‘Ik wil vooral blijven meewerken aan een zorgsysteem dat menselijk en betaalbaar blijft. Elke dag is anders, dat maakt dit werk zo boeiend. Ik zou persoonlijk niet gelukkig worden van een job met veel routine, die elke dag hetzelfde is. Dan volgt de vraag of iemand met haar profiel dan toch niet de stap naar de politiek zou moeten zetten om dat nieuwe beleid vorm te geven in wetten en decreten? ‘Ik heb daar wel eens over nagedacht, maar ik ambieer dat niet. 

Ik zeg nooit nooit, maar nu ben ik tevreden waar ik zit. Bij Zorgnet-Icuro doen we niet aan politiek, maar we proberen wel invloed uit te oefenen waar het nodig is, altijd op basis van inhoud. Dat vind ik belangrijker dan gebakken lucht. Vanuit het veld aangeven wat er nodig is, dat is mijn manier om iets te veranderen.’

Veel energie 

Voor Cloet loopt er geen strikte scheiding tussen werk en privé. ‘Ik probeer altijd verbinding te zoeken. Hier in de buurt, maar ook in mijn werk. Dat loopt in elkaar over.’ Cloet is niet op zoek naar een rustig leventje. ‘Ik heb veel energie en wil die gebruiken om dingen te doen. 

Natuurlijk lees ik graag eens een boek, op vakantie maak ik graag lange fietstochten met mijn partner, ik feest graag, maar de voldoening zit toch echt in samen iets realiseren.’ Misschien is dat de rode draad in haar leven; niet berusten maar in actie komen. ‘In plaats van binnen te zitten en te klagen, denk ik: komaan, we gaan er iets van maken! Het is niet elke dag feest, maar die instelling helpt wel.’ 

Een meisje van de Rand, een vrouw in Brussel, een stem voor de zorg. En een koesterende moeder die zag hoe een kwetsbaar meisje kon uitgroeien tot een zorgverlener. Voor Cloet is dat de essentie: kansen geven, verbinding zoeken en samen verder gaan.

Lees ook

Portretten
Nathalie Dirix

November 2025

Lees meer
Portretten
Luc Vander Elst

November 2025

Lees meer
Portretten
Michaël Bellon

November 2025

Lees meer