01 jun '22

Prachtig afzien op de
Groene Gordelroute

9588
door Jan Haeverans
Op 4 september vindt de Gordel plaats met tal van fietsroutes, wandelingen en andere activiteiten die de Groene Rand in het zonnetje zetten. Als voorproefje reed onze medewerker Jan Haeverans de Groene Gordelroute: 126 km op één dag. Conclusie: ‘Verrassend mooi, maar ook pittig.’

Het is nog geen negen uur op een vrijdagochtend en bijzonder rustig op de snelweg richting Brussel. De fietssnelweg, welteverstaan. De dag is kil gestart en de mist heeft veel pendelaars wellicht richting auto, trein of bus gejaagd. Op het pas vernieuwde jaagpad langs het kanaal houd ik met gemak een flink tempo van 25 km/u aan. De elektromotor tussen mijn pedalen zoemt als een koffiemolentje.

Bij de jonge fietsenmaker Parvelo in Halle heb ik een e-bike met een extra batterij gehuurd. Want ik heb 126 km voor de wielen en dan wil je niet zonder elektriciteit vallen. Om met de eerste batterij zo ver mogelijk te komen, heb ik hem op de laagste stand gezet, maar dan nog krijg je een fiks duwtje mee. Het is aangenaam fietsen. De tweede batterij reserveer ik voor het laatste deel van de tocht. Omdat ik verwacht tegen dan goed moe te zijn en ik wellicht wel wat extra power kan gebruiken. Een vrouw op een speedpedelec zoeft me voorbij, op weg naar haar werk in Brussel waarschijnlijk. Zelf zal ik de hoofdstad de hele dag links laten liggen. Letterlijk, want ik rij tegen de wijzers van de klok in.

In Lot leiden de bordjes van de Groene Gordelroute me weg van het kanaal het heuvelende hinterland in. Net buiten het dorp heeft iemand zijn best gedaan om een hele reeks bordjes van mijn route en ook die van de Vlaanderen Fietsroute met verf te bekladden. Alleen de cijfers van de knooppunten ontsnappen aan zijn/haar gram, want die spreken geen taal. Het is helaas klassiek tijdens de Gordel: sabotage van de bewegwijzering en punaises op het wegdek. Want behalve een sportieve uitdaging en een kennismaking met een verrassend groene omgeving is het doel van de Gordel ook om het Vlaamse karakter van de Rand rond Brussel in de… euh… verf te zetten. En dat is sommigen blijkbaar nog steeds een doorn in het oog. Of een punaise in de band, om in de sfeer te blijven.

Monumenten van groen

Het landschap waar ik doorrijd, is prachtig. Dat weet ik van eerdere tochten hier, want de mist beperkt helaas nog steeds het zicht. Bossen, valleitjes, holle wegen, weiden en velden blijven elkaar opvolgen. Heel veel rust en stilte overal in het rond. Je waant je ver van de drukte van de grootstad en het gejakker op de Ring. Mijn snelheid daalt aanzienlijk. Niet alleen om van al het moois te genieten, maar vooral omdat de hellingen hier steil zijn, en de wegen smal en bochtig. Ik schakel mijn elektromotor naar een hogere stand.

Plots zijn de straatnaamborden tweetalig. Ik ben Sint-Genesius-Rode binnengereden, een faciliteitengemeente waar veel welgestelde Brusselaars in het groen zijn komen wonen. De villa’s zijn groot, vaak omringd door gemanicuurde tuinen en hoge hekken. Rustig fietsen is het hier, al oogt de opeenvolging van tuinwijken ook wat saai. Dan duik ik het Zoniënwoud in, een van ’s lands ondergewaardeerde monumenten. Fris lentegroen omringt me zo ver ik kan zien in het heuvelende beukenbos en al snel hoor ik geen verkeer meer, maar enkel het getsjilp van vogels. De zon heeft intussen de mist verjaagd en schijnt tussen de woudreuzen door. De lange, rechte weg is bedekt met asfalt, wat later met goed berijdbaar grind. Na het bochten- en klimwerk van daarnet schiet ik nu goed op.

Tijd die ik weer verlies wanneer ik aan de andere kant van het bos de weg kwijt ben geraakt door werken aan de Ring, die ik hier moet dwarsen. Gelukkig heb ik mijn traject in een gpx-app gedownload en kan ik aan het onderkomen maar mooie station van Groenendaal al snel weer op de route inpikken. Aan het kasteel van Hoeilaart wat verderop, nu het gemeentehuis, kruis ik de lang verwaaide voetsporen van mijn betovergrootvader, die hier ooit boswachter was. Ik heb nog een foto van hem waarop hij, met indrukwekkend geweer en nog indrukwekkender snor, streng de camera in kijkt.

Dromen op de vlucht

Ik heb haast, want ook in Hoeilaart en omgeving ben ik maar moeizaam opgeschoten. Opnieuw omdat het goed op en af gaat. Maar ook: wat hebben we in de omgeving van Brussel een voorliefde voor kasseistroken! Erg aardig om te zien, dat wel, maar echt lekker bollen doet het niet. Gelukkig loopt het traject nu voor de tweede keer door het Zoniënwoud. Door een kilometerslange rechte laan snel ik richting Tervuren. Ik zou er graag uitrusten in het prachtige park, een plek die grandeur en geschiedenis ademt, en die een van de vele parels op de Groene Gordelroute is, maar ik moet voort, want ik heb nog een ontmoedigend groot aantal kilometers voor de boeg.

Naar de passage aan de luchthaven van Zaventem had ik niet uitgekeken. Maar zelfs in deze omgeving vindt mijn fietsroute zowaar nog groene en zelfs bijna idyllische plekjes. Dat kan niet gezegd worden van het gesloten asielcentrum waar ik voorbijfiets. Veel dromen van een beter leven zijn achter deze hoge hekken stukgelopen. Bijna tegen het centrum aan, pal naast een landingsbaan, is er een plek aangelegd voor vliegtuigspotters. Mensen komen er dromen van verre reizen in de machtige, glimmende machines die hier neerdalen en opstijgen. Veel groter wordt het contrast niet.

Wat verderop beland ik zowaar in een natuurgebiedje. 65 km, lees ik op mijn teller, net over de helft. Tijd voor een middagpauze. In een vijver vlakbij klinkt een oorverdovend gekwaak van kikkers, een reiger strijkt neer voor zijn lunch, en ook enkele eenden vissen er met hun achterste hoog uit het water hun middagmaal bijeen. Geen van allen hebben ze oog voor de vreemde vogels die wat verderop onophoudelijk aanvliegen. Van achter de bomenrij klinkt telkens het gebrul van motoren als ze, eenmaal geland, hard afremmen.

Ken Loach

Vilvoorde sleept nog altijd zijn imago van dirty old town mee. En het moet gezegd dat op bepaalde plekken de stad nog een hoog Ken Loach-gehalte heeft. Ik passeer er wat onderkomen maar bewoonde arbeidershuisjes te midden van oude industrie, een grote elektriciteitscentrale, morsige loodsen met wat onduidelijke handeltjes, en zelfs een heuse containerterminal langs het Zeekanaal. Toch passeer ik ook hier soms nog heel mooie en intieme plekjes. Verbazend hoe een omgeving die vanuit de trein of vanop de grote invalswegen eerder grimmig oogt er op het terrein heel wat uitnodigender uitziet.

Vanaf Grimbergen wordt de omgeving snel opnieuw groener, maar is er helaas ook weer die obligate lange kasseistrook. Tijdens een korte stop vervang ik mijn batterij, die me bijna 90 km van extra kracht heeft voorzien. De tweede moet me nog zo’n 40 km ver brengen, en kan ik dus wat kwistiger gebruiken. Maar goed ook, want ik word moe en ik moet nog de heuvels van het Pajottenland over. Meise en Wemmel brengen nog wat residentiële woonwijken, maar al snel opent de wereld zich. Kilometerslang fiets ik over heuvelkammen, links de skyline van Brussel met prominent de blinkende bollen van het Atomium, rechts het eindeloos heuvelende Pajottenland. Maanden geleden reed ik voor RandKrant hetzelfde traject met de lijnbus, die zich daar ergens beneden door overvolle woonkernen slingert. Het contrast met deze groene omgeving is groot.

Na 136 km stap ik terug mijn huis binnen. In slow motion omdat ik niet sneller meer kan. Het is mooi geweest.

Ik kan er maar half zoveel van genieten als ik eigenlijk zou willen, want pijn aan benen, knieën, zitvlak en ook een beetje aan mijn goesting drijven me voort. Ik heb mijn stal geroken. Verlangend kijk ik uit naar de ‘beken’ die ik nog moet passeren: Dilbeek, Itterbeek, Vlezenbeek en Gaasbeek. Om vandaaruit opnieuw af te dalen naar de Zennevallei en Halle. Na vele uren fietsen, stap ik mijn huis binnen. In slow motion. Niet om de heroïek van mijn epische tocht te benadrukken, maar omdat ik niet sneller meer kan. 132 km, lees ik op mijn teller, zes meer dan voorzien omdat ik af en toe verkeerd ben gereden. Het is mooi geweest.

Vanaf 7 juli vind je het programma van de Gordel 2022 op www.degordel.be.