01 nov '17

Wereldverbeteraar

2057
door Joris Hintjens
Joris Hintjens was vijftien jaar journalist. Daarna elf jaar ontwikkelaar van windenergieprojecten. Nu bekwaamt hij zich in de digitale cartografie. Voor RandKrant schrijft hij afwisselend met Dirk Volckaerts, Fatima Ualgasi en Tom Serkeyn de column mijngedacht.

‘Hebt ge dat gezien van die rusthuizen? Ze geven de mensen daar een stuk oud brood en doen om 18 uur het licht uit. En daarvoor rekenen ze dan 4.000 euro per maand of zoiets. 't Is jammer dat ik zoveel belastingen betaal, anders zou ik iets overhouden en dat ook in die rusthuizen investeren, zoals die mannen van Inbev. Die gasten doen dat echt, hé! Die investeren het geld dat ze niet aan de belastingen moeten geven in rusthuizen. En zo verdienen ze nog meer.’

Ik haalde mijn schouders op en nam een slok. ‘Weet ge welk bier ze verkopen in die rusthuizen?’ Zelf schoot hij in de lach. Hij vond zichzelf grappig. Hij keek mij aan en merkte mijn stoïcijnse blik. ‘Ge hebt gelijk. Eigenlijk is het triestig.’ Hij rommelde wat met een tandenstoker in een restje mosterd op de rand van zijn bord en proefde eraan.

‘Maar weet ge wat?’ Ge kunt maar beter in zo’n rusthuis zitten dan in de samusocial. Daar krijgt ge zelfs geen brood. Dat is al twee keer verkocht aan een opkoper van oud ijzer!’ Opnieuw die schaterlach. Hij was trots dat hij twee grappen in één zin kon combineren. ‘Maar allé, het zal wel beteren zeker? Want nu staat zelfs de burgemeester met zijn billen bloot. Zijn broek is afgezakt van het geld dat hij in zijn zakken heeft gestoken!’

‘En die Perera-dinges denkt zelfs dat ze nog terug mag komen werken. Allé, serieus, die heeft dat toch niet meer nodig? Ze woont zelfs bijna voor niks in een appartement van het OCMW.’

‘Nu die gasten weg zijn, denkt ge nu dat het beter gaat gaan? We zullen het zelf moeten doen, maat!’ 

‘Ik ga ook in de polletiek. Ik begin een faceboekgroep voor recht en rechtvaardigheid in de politiek. Curieus hoeveel likes ik ga halen. Ge ziet toch dat ik talent heb? Vindt ge niet? en als ik dan burgemeester ben, dan moogt gij bij mij komen werken. Ik geef u een appartementje van de stad en een job op het stadhuis met een schone pree. Doet ge mee?’

‘Samen tegen het gesjoemel.’

Hij maakte met zijn armen een wijds gebaar alsof hij de laatste zin aflas van een spandoek. ‘Doe je dan niet juist hetzelfde?’ Ik deed een ongeloofwaardige poging om hem tot de orde te roepen.

‘Maar neen, dat is anders. Dat is omdat gij mijne maat zijt. Ik doe dat om de mensen te helpen en om de wereld te verbeteren.’
‘Dan is het goed’, antwoordde ik. Hij merkte mijn sarcasme niet op.

‘Ja, hé! Haha, ze zullen nogal eens schrikken daarboven als het volk terug de macht grijpt.’

‘Je hebt gelijk. Een facebookgroep is het beste wat je kan doen om de wereld te verbeteren. En wanneer ga je eraan beginnen?’

‘Morgen! Na mijn werk als ik gegeten heb. Of nee, dan is het voetbal. Anderlecht speelt thuis. Overmorgen dan, als mijn auto gewassen is. En als onze kleine niet op de computer moet voor z’n huiswerk.’

‘En als er niks onverwachts tussenkomt’, vulde ik aan.

‘Ja, dat kunt ge nooit op voorhand weten.’ Zijn blik staarde even naar de bodem schuim in zijn glas. Toen had hij het plots begrepen, denk ik.

REAGEREN

Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels.