Eerst het water, de rest komt later
De Blue Deal startte in 2019 en dient mee als basis voor het Vlaams Klimaat Adaptatieplan dat nog tot 2030 loopt’, zegt Katrien Smet, woordvoerster van de Vlaamse Milieu Maatschappij (VMM). ‘De Blue Deal heeft als belangrijkste doelstelling om ons beter te leren omgaan met water in de breedst mogelijke betekenis van het woord. Zo zijn er drie speerpunten waarmee openbare besturen, (Vlaamse) administraties, Regionale Landschappen, natuurverenigingen, bedrijven, landbouwers, gewone burgers... aan de slag kunnen. Het gaat om drie uitgangspunten waaraan we alle projecten ophangen, met de nadruk op structurele realisaties op het terrein: (1) groenblauwe infrastructuur – de combinatie van water en natuur, vooral in valleien, (2) slim watergebruik – drinkwater besparen, ontharden, bedrijfswater anders gebruiken, (3) natte natuur – aandacht voor natuur in de moerassfeer en waterrijke gebieden.’
Droog-nat
‘Toen de Blue Deal van start ging in 2019 was droogte een prominent gegeven. Drie jaar op rij was er sprake van abnormaal weinig regenval. Het was dus logisch eerst daarop te mikken, maar alle terreinrealisaties houden natuurlijk ook rekening met mogelijke wateroverlast bij overvloedige regenval.’ Dat plaatje ziet er vandaag inderdaad anders uit dan vijf jaar geleden, maar dat er nog droge jaren aankomen staat buiten kijf. Per inwoner hebben we slechts weinig water ter beschikking in vergelijking met veel andere Europese landen. Zelfs in vergelijking met Spanje, Italië en Griekenland komen we er bekaaid vanaf. Dat heeft te maken met ons hoog aantal inwoners per vierkante kilometer.
Blue Deal in de Rand
‘Ons werkgebied is heel Vlaanderen, maar we werk(t)en aan heel wat projecten in de Vlaamse Rand’, zegt Smet. ‘De sanering van de Kwadebeekvallei in Sint-Genesius-Rode, het openleggen van de Zenne in Halle, het openleggen met wandelpark van de Woluwe in Machelen, het ontharden van de wijk Gravenhof in Beersel,… zijn maar enkele voorbeelden van actuele projecten. Meer water ophouden tijdens natte perioden en vertraagd afvoeren tijdens droge momenten is een doelstelling die dikwijls terugkeert. Met de klimaatverandering zitten we nu eenmaal in een andere wereld, en daar moeten we op inspelen.’
Ontharden
De hoge verhardingsgraad, de lintbebouwing en erosieproblemen in reliëfrijke gebieden spelen de waterhuishouding in die buurten dikwijls parten. De oplossingen liggen veelal bij het wegnemen van de oorzaken en minder op het blijvend remediëren van problemen zonder de oorsprong ervan te bekijken. Als een ingekokerde beek regelmatig voor overstromingsproblemen zorgt, kan het een oplossing zijn om die open te leggen, waardoor het waterdebiet drastisch kan verhogen vooraleer er zich problemen voordoen.
Lage grondwaterstanden kan je mee helpen verhogen door onthardingsprojecten. Als je beton, stenen of asfalt wegneemt kan het regenwater beter in de grond sijpelen, waardoor de grondwaterstanden verhogen. Dan is er een grotere reserve tijdens lange, droge perioden. En grondwater is zeker in de Rand nog steeds de belangrijkste bron van ons drinkwater.
Waterwinst
Hergebruik van gezuiverd afvalwater zit steeds meer in de lift. Voor heel wat (industriële) toepassingen volstaat de kwaliteit van gezuiverd afvalwater. Als je dat gebruikt, spaar je dus veel drinkwater uit. Bedrijven zijn steeds meer bezig met de uitwisseling van waterstromen. Wat voor het ene bedrijf een afvalproduct is, kan voor het andere een grondstof zijn. Het komt er op aan daar slim mee om te gaan
‘Bij veel van de terreinrealisaties hebben we raakvlakken met natuur en landbouw. Op veel plaatsen verzoenen we deze belangen door rekening te houden met beide sectoren. Het ene hoeft het andere niet uit te sluiten’, stelt Smet vast. Het gaat bijvoorbeeld over de herinrichting van beken. Door de in de jaren 1950-1970 rechtgetrokken en overdekte waterlopen opnieuw te laten meanderen in een open bedding en te voorzien in een betere oeverinrichting, los je veel problemen op. Er is minder lokale wateroverlast, minder erosie en een betere ecologische infrastructuur die de lokale natuur ten goede komt. Met de toevoeging van een verantwoorde wandelinfrastructuur kunnen ook de lokale mensen en scholen betrokken partij zijn. Op termijn realiseren we zo veel waterwinst, en daar is het de Blue Deal uiteindelijk om te doen.’