01 jun '22

De muzikale
herontdekking van
ons ecosysteem

1627
door Tom Peeters
Met de transdisciplinaire voorstelling Past >I Orale, straks te ervaren in de Plantentuin van Meise, wil het oude muziekensemble Zefiro Torna iets duidelijk maken wat de postmoderne mens uit het oog lijkt te zijn verloren: ‘Wij zijn natuur’.

Al meer dan een kwarteeuw stopt het ensemble Zefiro Torna muziek uit de middeleeuwen, de renaissance en de barok in een hedendaags kleedje terwijl het ondertussen vaardig linken legt met andere genres en disciplines. Nooit gingen ze daarbij zo ver als op Past >I Orale. Klassieke muziek en traditionele instrumenten versmelten er op een ingenieuze manier met een oplevende passie voor de natuur, wetenschappelijk onderzoek naar microorganismen en een meer intuïtieve muzikale benadering die spoken word mixt met elektronica en klanken uit ontmantelde en kapotte piano’s.

Kunst, natuur, mens, technologie

‘We zijn gespecialiseerd in oude muziek, maar in het kader van het Beethovenjaar wilden we uit onze comfortzone stappen’, zegt Jurgen De bruyn. De artistieke leider van Zefiro Torna bedoelt dat ook letterlijk. We hebben afgesproken in de Plantentuin van Meise, waar straks na enig corona-uitstel de première plaatsvindt van Past >I Orale. ‘Ook de Duitse componist haalde veel inspiratie uit de natuur, maar even belangrijk voor de voorstelling is dat Beethoven als humanist en vrijdenker een vooruitgangsoptimisme aanhing. Dat weerspiegelt zich in zijn enige allegorisch ballet Die Geschöpfe des Prometheus, waarin hij denkbeelden over kunst, moraal en technologie bundelde en de mens als het ware bevrijd werd van het dictaat van de goden.’

‘Ook van de originele pastorale – de zesde symfonie – van Beethoven ging een natuurkracht uit waar mensen zich alleen maar nederig bij konden voelen.’

Ook Past >I Orale onderzoekt de relatie tussen kunst, natuur, mens en technologie. Het ensemble riep daarvoor de hulp in van SEADS (Space, Ecology, Arts & Design), een netwerk van jonge wetenschappers die nieuwe inzichten vertalen in kunstprojecten. Ook zangeres Birsen Uçar, die ons intussen vervoegd heeft voor het interview, stak een handje toe. Met haar eigen popband Hydrogen Sea is ze al langer op zoek naar verbinding met de natuurlijke wereld. ‘Ze verweeft op een heel genuanceerde manier ecologische thema’s in haar teksten’, beschrijft De bruyn waarom hij contact met haar opnam. ‘Haar intuïtieve aanpak spoort ons aan om de magische samenhang te herontdekken van dingen die we kwijt zijn geraakt in ons postmoderne denken. Ze staat voor de empathische kracht die vanuit ons onderbewustzijn onze band met de natuur aanhaalt.

Spanningsveld

What would happen if there were a United Organization of Organisms?, vraagt de zangeres zich bedrukt af tijdens de voorstelling, de gerenommeerde mycoloog Paul Stamets parafraserend. ‘Zou de mensheid van de planeet weggestemd worden?’ Uçar had niet speciaal iets met Beethoven, maar zegt zich te herkennen in enkele andere inspiratiebronnen van De bruyn, zoals het boek Becoming Animal van David Abram of The Mushroom at the End of the World van de Chinees-Amerikaanse antropologe Anna Lowenhaupt Tsing. ‘Ook ik wil blijven vechten tegen dat antropocentrisme dat de mens steevast centraal stelt’, klinkt het strijdbaar, al voegt ze er meteen aan toe dat ze niet heel optimistisch is.

De bruyn: ‘De voorstelling drijft dan ook op het spanningsveld tussen een dystopische toekomst waarin de mens vervreemd is van de natuur, en enkele lichtpuntjes. Lowenhaupt Tsing leerde ons dat ook in een ruïne iets kan groeien. Ze onderzocht de matsutake, een zwam die alleen aardt in verstoorde omgevingen waaruit zich een alternatief economisch systeem ontwikkelt. In het verlengde daarvan biedt onze voorstelling geen oplossing, maar wel perspectief.’ De muzikant herkent dat perspectief vooral in een verscherpt moreel bewustzijn van een jongere, wereldwijd verbonden generatie. ‘In hun ogen is ook de oorlog in Oekraïne een exploot van een wereld die voorbij is. Samen met de wetenschap wijzen ze ons er op hoe rijk onze biosystemen zijn, hoe ze in elkaar haken en van elkaar afhankelijk zijn.

Hoogsensitieve ambient

In Past >I Orale wordt de natuur ook geëvoceerd door abstracte beelden die softwarekunstenaar Pieter Steyaert (SEADS) ontwikkelde op basis van de muziek. Ze verwijzen naar micro-organismen zoals kiezelwieren, het onderzoekdomein van algoloog Bart Van de Vijver, die betrokken werd bij het vooronderzoek van de voorstelling. Hij was de link met de Plantentuin, waar de muzikanten straks zullen optreden in de Balatkas. Deze serre werd in het midden van de 19e eeuw geconstrueerd door Alphonse Balat, de leermeester van Victor Horta die ook de Koninklijke Serres in Laken ontwierp.

‘Ik zie het als een soort van incubator of biomodule waar wij als kwetsbare plantjes in staan opgesteld en het publiek buiten op zit te kijken’, zegt De bruyn. ‘In die natuurlijke omgeving omringd door klank, materie en abstracte lichtprojecties is er een andere tijdsbeleving. Ook van de originele pastorale – de zesde symfonie – van Beethoven ging een natuurkracht uit waar mensen zich alleen maar nederig bij konden voelen. In mijn ogen was hij een geluidskunstenaar avant-la-lettre, een van de redenen waarom we bij zijn liedcyclus An die ferne Geliebte een hoogsensitieve ambient omgeving creëerden waarin ook Birsen of hedendaagse geluidskunstenaars zoals Pak Yan Lau en Frederik Croene zich thuis voelen. Zij vormen een tegengewicht voor een wereld waarin alles cerebraal is geworden, met alle gevolgen van dien. De cijfers over het aantal burn-outs liegen er niet om.’ Uçar: ‘Terwijl het gewoon ook wetenschappelijk bewezen is dat de stofjes die vrijkomen als je een boom omhelst ons fysiek en mentaal beter doen voelen.'

ZO · 19 JUN · 21.00
Past <I Orale
Zefiro Torna
Meise, Plantentuin, 02 263 03 43