01 sep '22

FeliX de hoeve

2888
door Tine De Wilde
Zevenentwintig jaar geleden stierf Felix De Boeck (1898-1995), een van de pioniers van de Belgische abstracte kunst, en ook gekend als de boer-schilder.

De Boeck koos er bewust voor om zes dagen per week te boeren en op zondag, de dag des Heren, te schilderen. De natuur was een constante bron van inspiratie in zijn leven en werk. Hij was verknocht aan zijn geliefde dorp en aan de hoeve en het landgoed waar hij woonde en werkte. De hoeve werd een ware ontmoetingsplaats voor iedereen. In 1988 schonk hij zijn hoeve en domein aan de gemeente met de uitdrukkelijke wens zijn huis tot een volwaardig museum in te richten met de meubelen en de voorwerpen uit zijn leefwereld. Nu, 34 jaar later, schitteren de blauwe luiken en okergele muren van de prachtig gerestaureerde FeliX-hoeve uit 1777. Een fijnzinnig uitgestippeld 4D-belevingsparcours start via de achterdeur in de keuken, het epicentrum van het huis. Hier werden de gasten ontvangen en de gesprekken gevoerd. Bij de Leuvense stoof werden boterhammen met platte kaas gesmeerd en geuze gedronken. Hier ruik je de geur van koffie. Je komt langs de gebruiksvoorwerpen en huisraad van destijds: zijn pijp, paternoster, de koffiemolen, schilderijen van De Boeck en zijn vrienden. In de schuur en stallen staan landbouwwerktuigen en in de woonkamer doet zijn vrouw Marieke haar verhaal vanuit een sprekend schilderij. Via de smalle trap kom je uiteindelijk in het schildersatelier met verfborstels en palet, uitgeknepen verftubes, ezel en schilderijen. Soberheid is de leidraad. Voor ouderen een flash-back, voor jongeren een haast exotisch, ongekende wereld.