01 mei '21

Nachtegaal
op intensieve

2626
door Herman Dierickx
Begin mei keert de nachtegaal traditioneel terug uit zijn Afrikaanse overwinteringsgebieden. De tot de verbeelding sprekende zanger komt echter in steeds kleinere aantallen onze ruige bosvegetatie verblijden met zijn onnavolgbare muziekconcerten.

Zelfs in gebieden waar de soort al vele decennia zonder probleem standhoudt, gaat het tegenwoordig steeds minder goed. In de vele bosjes en bossen van de Rand rond Brussel zien en horen we overal dezelfde trend, die sinds een tiental jaar geleden begon.

Toch is er iets merkwaardigs aan de hand. Toen ik een paar jaar geleden de groene delen van Berlijn verkende, stikte het daar van de nachtegalen. Zo’n dichtheden had ik nog nergens gezien en gehoord, en tot op vandaag blijft hij in de Duitse hoofdstad een graag geziene zomergast. Waarom de vogel het daar nog uitstekend doet en in vele andere West-Europese gebieden veel minder, is niet meteen duidelijk. Geen idee hoe dat komt, maar het is wel frappant.

Daaruit blijkt nog maar eens dat het verhaal van de natuur vandaag veel dynamischer is dan ooit. Soorten komen en gaan dat het een lieve lust is. Ik stel ook dikwijls vast dat we veel van wat we zien niet kunnen verklaren. Wat is er aan de hand met de nachtegaal? Waarom begon een honkvaste soort als de grote weerschijnvlinder een paar jaar geleden massaal uit te zwermen en zich op veel plaatsen in Vlaanderen, ook in de Rand, te vestigen? Er doen hierover heel wat theorieën de ronde, maar vaststaande feiten ontbreken alsnog. Ondanks al onze mogelijkheden om zaken te verklaren, moeten we passen als het over dit soort fenomenen gaat.