25 mei '16

'In de politiek kan je moeilijk gelukkig zijn'

9744
door Nathalie Dirix
Wat doet dàt met een mens: zichzelf zien in een portret? De Vilvoordse kunstenares Ulrike Bolenz maakte een portret van voormalig eerste minister en Europees president Herman Van Rompuy uit Sint-Genesius-Rode. Begin april werd het portret overhandigd. RandKrant was erbij.

Voor sommige mensen is het in de spiegel kunnen kijken de ultieme test in tevredenheid. Maar naar jezelf kijken, is niet altijd makkelijk. Enkelen kunnen zelfs naar een portret van zichzelf kijken. Wat doet dàt met een mens: zichzelf zien in een portret? Na de schok komt de relativering, zo blijkt. De Vilvoordse kunstenares Ulrike Bolenz maakte een portret van voormalig eerste minister en Europees president Herman Van Rompuy uit Sint-Genesius-Rode. Begin april werd het portret overhandigd. RandKrant was erbij en Van Rompuy werd er zowaar filosofisch van.

‘Het is niet de eerste keer dat ik met een schilderij van mezelf word geconfronteerd. Een gelijkaardige ervaring had ik toen het schilderij van mezelf als voorzitter van de Kamer van Volksvertegenwoordigers werd onthuld. Het zorgt telkens voor een schokeffect, omdat je te maken krijgt met een interpretatie van de kunstenaar die bepaalde aspecten van je persoonlijkheid uitvergroot.’

‘Je bent wie je bent,
een mens is een som
van tegenstellingen’

‘In het werk van Ulrike Bolenz zie je vooral een vastberaden figuur. Terwijl ik in het schilderij van Anne Van Herreweghen een statige en waardige man zie met een ietwat dromerige blik. Een mens is dan ook een som van tegenstellingen. Goethe vatte dat treffend samen: ‘Zwei Seelen wohnen, ach! in meiner Brust’. Zowel die vastberadenheid als filosofische kant maken deel uit van wie ik ben.’

Is die vastberadenheid een belangrijk facet van wie je bent?
‘Je bent wie je bent. Op het moment dat je geboren wordt, is de kern van je persoonlijkheid al aanwezig. Gaandeweg ontdek je jezelf en probeer je uit datgene dat je hebt meegekregen het beste te halen. Daar zit precies je vrijheid als mens in. De vraag is dan ook niet zozeer of dat vastberaden facet van mijn karakter belangrijk is, maar wel wat ik ermee gedaan heb.’

‘Leiderschap, vastberadenheid
en openheid,
ze gaan hand in hand'

Het heeft jou ongetwijfeld geholpen in jouw leidinggevende functies?
‘In verantwoordelijke functies moet je uiteraard een bepaalde vorm van leiderschap tonen. Zelf geloof ik in consensueel leiderschap. Leiderschap waar je in gemeenschappelijk overleg uitstippelt welke richting je met zijn allen uitgaat. In onze democratische cultuur en pluralistische wereld is het niet altijd evident om tot die consensus te komen. Vandaar het belang van vastberadenheid. Je hebt het nodig om mensen te kunnen overtuigen samen voor een gemeenschappelijk doel te gaan. Leiderschap, vastberadenheid en openheid, ze gaan hand in hand.’

Was het voor jou snel duidelijk dat je met die vastberadenheid iets wilde doen?
‘Ik herinner me nog dat ik als jonge kerel van veertien jaar ervan hield om een spreekbeurt aan de klas te geven en met overtuiging bepaalde stellingen neer te zetten. Door het feit dat je merkt dat wat je zegt een bepaalde impact heeft, word je natuurlijk aangemoedigd om hierin verder te gaan en die vaardigheden verder te ontwikkelen. Het zijn dat soort ervaringen die maken dat je jezelf als mens vindt. Gaandeweg kom je jezelf met al je gaven en gebreken tegen en maak je er het beste van.’ 

‘Ik zie een man die
misschien wel vastberadener is dan
hij zelf denkt te zijn’


Hoe reageert jouw directe omgeving op dit schilderij?
‘Zonder meer enthousiast. Niet in het minst omdat de techniek waarmee het portret geschilderd werd uniek is. De kunstenares gebruikte geen penseel maar schilderde enkel met haar handen. Wat hen vooral opviel, was de blik. Bij portretten is het meestal de blik die je bijblijft. Het is immers de uitstraling die het wezen van iemand samenvat.’

Wat vertelt het schilderij over jou dat je zelf nog niet wist?
‘Zowel in dit schilderij als in een bronzen beeld dat van me gemaakt werd, zie ik een man die misschien wel vastberadener is dan hij zelf denkt te zijn. Waarschijnlijk is deze indruk het resultaat van een overdreven manier van zelfrelativering. Het illustreert dat een mens de som is van verschillende karaktereigenschappen. Zo is er de politicus, maar ook de dromer, de haikuliefhebber in mij. De ene beweegt zich in een harde realiteit, de andere leeft haast onthecht van de wereld. De kunst bestaat erin deze op het eerste zicht tegengestelde facetten op een zo harmonisch mogelijke manier met elkaar te verzoenen.’

‘1988 en 2008 waren
mijn twee wonderjaren'


Als je terugblikt op jouw politieke loopbaan, welke sleutelmomenten waren dan het meest bepalend?
‘Tijdens mijn loopbaan heb ik twee wonderjaren gekend. Zo was er 1988, het jaar waarin ik directeur van de studiedienst van de CVP was. Tijdens dat jaar werd ik in de maand mei staatssecretaris van Financiën en in september kreeg ik de vraag om voorzitter van de partij te worden. Een jongensdroom waarvan ik dacht dat hij voorbij was, ging plots in vervulling. Een ander wonderjaar situeert zich einde 2008, begin 2009. Ik was toen voorzitter van de Kamer van Volksvertegenwoordigers. Het was een periode dat ik – voor zover je gelukkig kan zijn in de politiek – relatief gelukkig was. Door een samenloop van omstandigheden werd ik in december echter eerste minister en amper een jaar later ben ik voorzitter van de Europese Raad geworden. Het was een wending, die helemaal niet voorzien was.’
‘Mijn vader heeft iets gelijkaardigs meegemaakt. Zijn droom was om professor in Leuven te worden. Zijn carrière draaide echter anders uit. Toen hij 42 was en dacht dat hij die academische droom mocht vergeten, precies dan werd hij hoogleraar aan de katholieke universiteit van Leuven.’

Was je gelukkig in jouw politieke leven?
‘Ik zeg wel eens dat ik in de politiek ben geboren. Ook al heb ik minder goede periodes in de politiek gekend, toch is het de weg die ik steeds heb verdergezet. Het is echter een wereld die zoveel onvoorspelbare wendingen neemt dat het erg moeilijk is om je te midden van al die onzekerheden gelukkig of tevreden te voelen. Ik ga er dan ook van uit dat tevredenheid zich veel meer in de persoonlijke sfeer bevindt. Dat kan in je gezin of familie zijn. Of in initiatieven waarvan je het gevoel hebt dat ze zinvol zijn. Zo haal ik de laatste tijd voldoening uit de lezingen die ik geef en waarin ik probeer een positieve boodschap over Europa mee te geven.’

De kunstenares die jouw portret maakte, schilderde ook het portret van Jean-Luc Dehaene. De kunst verbindt jullie opnieuw?
‘Het is algemeen geweten dat ik altijd een grote waardering voor Jean-Luc Dehaene heb gehad. Zowel voor zijn intelligentie, zijn creatief denkvermogen als voor zijn gave om al luisterend tot werkbare oplossingen te komen. Hij wordt vaak als een bullebak voorgesteld, maar de realiteit is dat ik weinig mensen ken die met zoveel respect voor de andere denken en handelen. Ik ben dan ook tevreden dat één van de drie portretten die Ulrike Bolenz maakte, nu in het Europacollege in Brugge hangt. Het komt daar goed tot zijn recht. Veel beter dan in mijn bureau waar het een aantal maanden in afwachting van zijn definitieve bestemming heeft gehangen, en waar het
- omwille van de treffende gelijkenis - me op vele momenten bijzonder aangreep.’

‘Het is belangrijk dat
je je bewust bent van het
relatieve van wat je doet'


Volgens het Latijnse spreekwoord ‘esse est percipi’ heeft ‘zijn’ alles te maken met ‘gezien worden’. Hoe zou je gezien en herinnerd willen worden?
‘Ik geef niet zoveel om herinneringen. Memoires zijn niet meteen aan mij besteed. Het is belangrijk dat je je bewust bent van het relatieve van wat je doet. Vandaag kan je er als politicus in slagen om een begroting op punt te krijgen, morgen gebeurt er iets waardoor die realisatie in het gedrang komt. Niets is blijvend. Alles verandert. Met andere woorden: wat je doet, heeft geen eeuwigheidswaarde. Je zogenaamde legacy wordt razendsnel door de feiten ingehaald.’
‘Het doet me denken aan mijn vader. Alle geschiedenisboeken die ik hem als cadeau heb gegeven, heeft hij nooit gelezen. Hij was geïnteresseerd in de toekomst, niet in het verleden. Hoe ouder ik word, hoe meer ik vaststel dat ook ik vooral mijn kostbare tijd wil besteden aan wat de toekomst ons nog kan brengen.’

‘Een Europese

YES WE CAN
is broodnodig'

Je staat vooral bekend voor jouw rustige vastheid en wijsheid als staatsman. Welke wijsheid wil jij ons in deze turbulente tijden meegeven?
‘We leven in een tijd die gekenmerkt wordt door een algemeen wantrouwen. Zeker naar de nationale politiek wordt er met zeer veel argwaan gekeken. Statistieken tonen aan dat men zelfs meer vertrouwen heeft in de Europese dan in de nationale instellingen. Ons geloof in collectieve samenlevingsprojecten staat op een dieptepunt. Wat we nodig hebben, is meer vertrouwen. Vertrouwen ten aanzien van onze medemens, maar ook ten aanzien van instellingen. Te veel wantrouwen veroordeelt ons immers tot immobilisme. Net het tegengestelde van wat Europa nodig heeft. Een Europese versie van Yes, we can is broodnodig. Als een continent als Azië erin slaagt om met rasse schreden vooruit te gaan, waarom zouden wij dat dan in Europa niet kunnen? Het komt erop aan in onszelf te geloven. Alleen dan, kunnen we opnieuw in de toekomst geloven.’


Op maandag 9 mei houdt Herman Van Rompuy de lezing Meer dan ooit Europa in GC de Boesdaalhoeve (Sint-Genesius-Rode). Tickets kosten 7 euro. Meer info: www.deboesdaalhoeve.be of 02 381 14 51.

 - klik op de foto boven en dan op het pijltje rechts
 - lees hier het interview met Ulrike Bolenz in 2014