01 apr '23

Barokpaviljoen

1046
door Tine De Wilde
Laten we, in aanloop naar de langverwachte heropening van het Kasteel van Gaasbeek op 1 juli, alvast enkele foliekes doen.

Het eeuwenoude kasteelpark van 49 ha was het speelterrein van de voormalige kasteelheren. De recent gerestaureerde parkgebouwen zijn unieke getuigen van hun artistieke bouwlust, aanzien en tijdsgeest. In de 17e eeuw wilde Graaf René de Renesse zijn domein transformeren tot een barokpark. Aan de voet van het kasteel liet hij een luxueus paviljoen optrekken in barok, de nieuwe exuberante stijl die net uit Italië kwam overgewaaid. In dit ovale zomersalon kon hij zijn gasten vermaken en overtuigen van zijn exquise, vernieuwende smaak. Het plafond in stucwerk, een mengsel van gips, marmerpoeder en lijmwater, is de absolute blikvanger. Er werd gekozen voor een zachte restauratie: maar liefst 15 oude verflagen werden minutieus verwijderd, verloren gegane delen werden niet gereconstrueerd. Het oorspronkelijke stucplafond met bloemen- en fruitguirlandes, maskers en mythologische figuren is uitbundig en weelderig. In dit sculpturaal stucwerk bevinden zich vijf taferelen in micromozaïek, minuscule steentjes van oranjerode keramiek, zwart marmer, groen mineraal, Delfts blauw,… die in het stuc gedrukt zijn. Uit wat overbleef, kunnen we afleiden dat ze het verhaal van de roekeloze Phaëton uit de Metamorfosen van Ovidius afbeelden. Phaëton, de zoon van de Zon, die de zonnewagen van zijn vader wil besturen, de teugels niet kan houden, de aarde in lichterlaaie zet en uiteindelijk neergebliksemd wordt door Jupiter. Als je goed kijkt, ontwaar je Phaëton die neerknielt voor de troon van zijn vader, en Jupiter met bliksemschicht.